Fioretti College Veghel

H10.4 Krachten ontbinden

10.4 Krachten ontbinden
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

10.4 Krachten ontbinden

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen; Je kunt
  1. beschrijven welke krachten werken 0p een voorwerp dat omhoog gehesen wordt
  2. in twee gegeven richtingen een kracht op een voorwerp ontbinden
  3. uitleggen welke rol krachten spelen bij het ontwerpen van een constructie.
  4. richting en grootte bepalen van de krachten die op een constructie werken
  5. aangeven of een kracht op een constructie een druk- of trekkracht is

Slide 2 - Tekstslide

Hijsen!
  1. Zwaartekracht en Normaalkracht
  2. Zwaartekracht, normaalkracht en spankracht
  3. Zwaartekracht en spankracht

Slide 3 - Tekstslide

Krachten ontbinden
Dit is eigenlijk het omgekeerde van nettokracht. (samenstellen van krachten, resultante kracht)

  • Bij bepalen van de nettokracht weet je twee krachten die samenwerken.
  • Bij krachten ontbinden weet je de nettokracht en wil je de twee samenwerkende krachten weten.

Slide 4 - Tekstslide

Voorbeeld
Het vat heeft een gewicht van 525 Newton.
Construeer de kracht in Kabel A.

Slide 5 - Tekstslide

Krachten samenstellen Herhaling

Slide 6 - Tekstslide

De zwaartekracht

Vanuit het zwaartepunt

Loodrecht naar beneden

Hoe groot zijn de krachten in de touwen?

Slide 7 - Tekstslide

Teken eerst de normaalkracht

(beginnen in het touw en loodrecht omhoog even groot als de zwaartekracht)

Fz
Fn

Slide 8 - Tekstslide

Maak een parallellogram met de hulplijnen.

De normaalkracht is de diagonaal. De hulplijnen worden de zijdes van het parallellogram.

Slide 9 - Tekstslide

Nu heb je je parallellogram, en bepaal je de lengte van de pijlen en de richting.

Slide 10 - Tekstslide

F1
F2
Teken de kracht in de touwen en geef ze namen.

Slide 11 - Tekstslide

Meet nu de vectoren op, en bereken de kracht aan de hand van de krachtenschaal.

Slide 12 - Tekstslide

Praktijk voorbeeld
De pijlen van F1 en F2 zijn allebei 3,2 cm lang. 
Beide krachten 3,2 × 5 kN = 16 kN groot

Als de balk stil in de lucht hangt, is er evenwicht. 
De spankrachten in de kabels zijn dan ook even groot: allebei 16 kN.

Hoe groter de tophoek, hoe groter de kracht in de kabels! Die kunnen breken!
1 cm ≙ 5 kN

Slide 13 - Tekstslide

Stappenplan ontbinden
  1. Situatie op schaal tekenen
  2. Bekende kracht op schaal, met krachtenschaal, intekenen.
  3. Eventueel verlengen van 'kabels'.
  4. Met omgekeerde parallellogrammethode kracht ontbinden
  5. De ontbonden krachten bepalen (met schaal)
  6. De getekende krachten in de verlengde lijnen, zijn even groot als de spankracht, maar in tegengestelde richting.

Slide 14 - Tekstslide

Zwaartekracht is de bekende kracht

Slide 15 - Tekstslide

Dan verleng je de kabels in je tekening

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Schets
Maak een schets van de situatie en teken de resultante kracht.

Ontbind vervolgens de kracht in de werklijnen

Slide 19 - Tekstslide

Voorbeeld examenvragen
In het filmpje op de volgende pagina, worden verschillende examenopgaves behandeld door een docent natuurkunde.
Kijk dit als je dit nog moeilijk vindt!

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Met welke methode kun je een netto kracht het best ontbinden als je de werklijnen van de 2 krachten hebt?
A
Met de kop- staartmethode
B
Met de parallellogram methode
C
Met beide methoden
D
Met geen van beide methoden

Slide 22 - Quizvraag

Julian wil een kracht ontbinden in twee componenten. In welke tekening heeft hij de kracht op de juiste wijze in twee componenten ontbonden?
A
Tekening A
B
Tekening B
C
Tekening C
D
Tekening D

Slide 23 - Quizvraag

Leerdoelen; Je kunt
  1. beschrijven welke krachten werken 0p een voorwerp dat omhoog gehesen wordt
  2. in twee gegeven richtingen een kracht op een voorwerp ontbinden
  3. richting en grootte bepalen van de krachten die op een constructie werken
  4. aangeven of een kracht op een constructie een druk- of trekkracht is

Slide 24 - Tekstslide